Deze boodschappen openbaren Gods intieme beeld tegenover Zijn schepselen,
en wat Hij van ieder van ons vraagt is ook intiem, vertrouwelijk met hem
te worden opdat wij Hem leren kennen. Niettemin herinnert Hij ons eraan
nooit te vergeten dat Hij heilig is, en Hij vraagt ons ook "de vreze des
Heren" in praktijk te brengen.
Deze boodschappen zijn een oproep aan onze ware fundamenten en een
herinnering aan Zijn Woord en aan Zijn bestaan. Zoals God Zelf tegen
Vassula heeft gezegd: "Zeg hen dat deze boodschap niet is gegeven
terwille van de sensatie, maar om hen te doen beseffen hoe dringend hun
bekering is, de ernst van de toestand van hun ziel,
hoe belangrijk het is hun leven te veranderen en heilig te leven."
Deze boodschappen bevatten een smeekbede van Christus om de eenheid van
de kerken, speciaal om het gelijktijdig vieren van Pasen. Er staan in de
boodschappen veel verwijzingen naar de grote geloofsafval die door de
Heilige Apostel Paulus is voorzegd in 2 Tessalonicenzen, hoofdstuk 2,
en over de geest van rebellie in onze tijden die zo machtig is. Deze
geest van rebellie is nu als rook de kerk binnengedrongen en beïnvloedt
bischoppen en priesters (Katholieke) om zich tegen hun eigen herder te
keren (de Paus). Christus roept hen terug, om trouw te zijn aan deze
Paus.
Maar de triomf over het kwaad is nu niet veraf en de Twee Harten (het
Onbevlekte Hart van Maria en het Heilig Hart van Jezus) zullen over dit
kwaad triomferen.
Er is een oproep om de tegenwoordigheid van Christus godheid in de
Eucharistie te erkennen, en om Maria te erkennen als de Moeder van God.
Er zijn meer dan vijf duizend verwijzingen naar de Heilige Geest en
diepzinnige onderrichtingen over de actie van de Heilige Geest.
Verder openbaart God profetische boodschappen over de Russische kerk,
waarin Hij zegt dat Rusland het land zal zijn dat Hem meer dan elke
andere natie zal verheerlijken, en dat het het hoofd (geestelijk) zal
zijn van veel naties. Maar wat nog opvallender is in deze boodschappen is
de tederheid die God tegenover ons toont,
waar Hij Zijn oneindige goedheid en barmhartigheid openbaart. De
beschrijving die Christus van God geeft, geeft ons een goede samenvatting
van Zijn portret: "Mijn Vader is een Koning, en toch zo moederlijk, een
Rechter, en toch zo teder en liefhebbend. Hij is de Alfa en de Omega, en
toch zo zachtmoedig."
In deze boodschappen probeert God te doen herleven wat dood in ons is.
Daarom stort Hij Zijn Heilige Geest over ons uit om ons tot Hem terug te
brengen, een waar Leven in Hem te leven. Hij belooft ons dat er weldra
een uitsorting van de Heilige Geest over de mensheid zal plaatsvinden,
als nooit eerder in de geschiedenis,
die de hele aarde zal omvormen. Dit is de hoop waarnaar wij allen
uitzien.
Er zijn vele delen uit de Heilige Schrift, uit het boek Openbaringen en
het boek Daniël, die in deze boodschappen door Jezus Christus zijn
ontsloten.
Waarom verlangt God zozeer Zichzelf weer zo machtig te openbaren in onze
tijden als het niet zo is dat Hij ons redt? Als Hij in een boodschap
zegt: "Ik kijk vandaag naar de aarde en zou willen dat Ik het nooit had
gedaan...Mijn ogen zien wat ik nooit wenste te zien en Mijn oren horen
wat ik ooit vreesde te horen!
Mijn vaderhart verzinkt in droefheid. Ik vormde de mens om Mijn beeld te
dragen, en toch hebben ze zichzelf gedegradeerd, zijn ontaard en velen
hebben vandaag de gelijkenis van het beest aangenomen (de duivel)! Mijn
hart doet pijn, want Ik zie tot de uiteinden van de aarde, en wat Ik zie
komt niet overeen met
de verlangens van Mijn hart...jullie Vader heerst over alles, maar niet
over jullie vrije wil, en de mens heeft zijn vrijheid misbruikt..."
Daarom moet God, onze schepper, in onze tijden opnieuw tussenbeiden
komen.
Vassula |